Op de vlaktes van Patagonië is de wind nooit ver te zoeken. ‘s Morgens begint het vaak nog rustig maar gedurende de dag trekt het al snel aan tot stormachtige proporties. Niet ideaal voor het zoeken van vogels die zich in het wuivende gras bevinden. De groepen grazende Guanacos (verwanten van de lama) laten zich daarentegen wel makkelijk zien.
Vanuit de auto kun je met deze wind een stuk makkelijker zoeken dan lopend en rustig rijdend en scannend over verlaten dirt roads zien we verschillende Lesser Rheas (de Zuid-Amerikaanse versie van de struisvogel), White-bridled Finches, Tawny-throated Dotterels en een Rufous-chested Plover. Waar dit landschap voor mensen een flinke uitdaging is om te wonen zijn deze vogels hier duidelijk in hun element.
Na een bezoek aan Torres del Paine steken we de grens over naar Argentinië en nemen in El Calafate afscheid van Jan en Lia, maar niet voordat we een bezoek hebben gebracht aan de enorme gletsjer die hier uit de Andes het meer in komt zetten. De ijsmassa beweegt met 2 meter per dag waardoor er continu kleine en grote brokken afvallen die met een flinke klap het water in komen, een schouwspel wat niet snel gaat vervelen.
Van El Calafate is het nog ruim 1700 kilometer tot waar we de grens met Chili weer oversteken en dit gehele gebied rijden we door extreem lege en droge landschappen met de altijd aanwezige wind. Hier wonen maar weinig vogels en toch is dit de plek waar we op zoek gaan naar het broedgebied van de Hooded Grebe; een van de zeldzaamste futen ter wereld die in 1974 is ontdekt en op dit moment zwaar bedreigd is met uitsterven. Ze broeden op kleine meertjes op stenige hoogvlakte plateaus en onze hoop is gevestigd op het Strobel Plateau waar we van een aantal recente waarnemingen weten.
Van de hoofdweg slaan we een dirt road in en even later nog weer een smalle zijweg die steeds steniger wordt en het twee uur duurt om 50km af te leggen. De wind buldert tegen de auto als we op de plek komen wat het lopen en scannen van de meertjes niet makkelijk maakt. Pas bij de laatste bocht van het meer is het raak en zwemt er één sierlijke Hooded Grebe tussen de algemenere Silvery Grebes. Best ver weg maar met de telescoop goed te bekijken. Wat een opluchting, deze wilden we absoluut niet missen en de gedachte om nog op meer plekken op het plateau te gaan zoeken was niet heel aantrekkelijk.
Inmiddels zijn we weer in Chili, terug de warme zomer in waarbij de wind weer een aangenaam briesje te noemen is. Komende dagen rijden we verder naar het noorden naar Santiago om het rondje te eindigen waar we 2 maanden geleden begonnen.
You must be logged in to post a comment.