Update 13: Who is Pitta?

De Superb Pitta is een van de meest zeldzame Pitta’s binnen de familie en komt alleen voor op het eiland Manus, ten noorden van PNG. Dit is dan ook onze hoofdtarget voor de 4 dagen die we op het eiland hebben.

Er is weinig informatie beschikbaar over Manus en we weten vooraf dat het vooral ingewikkeld is om dingen te regelen, mede omdat alle stukken land verschillende landeigenaren hebben en onderlinge contacten gevoelig liggen. Via via leggen we al maanden van te voren contact met Mark die ons helpt met het organiseren van de logistiek. We mailen heen en weer over onze plannen eenmaal in PNG doen we per sms een check of alles in orde is en hij de lokale gids voor de Pitta heeft geregeld. Het antwoord is niet direct geruststellend..

Niet goed wetende wat te verwachten landen we op 11 augustus op het eiland bij het simpelste vliegveldje tot dus ver (meer een houten huis). Er blijkt al een aantal dagen een brandstof tekort te zijn op Manus waardoor er ook nauwelijks stroom is.

Bij het hotel ontmoeten we zowel Mark als de lokale vogelgids Aaron. Tot onze opluchting blijkt Mark een hele relaxte kerel te zijn die veel connecties en aanzien heeft op het eiland en ons duidelijk kan helpen. Aaron is een lastiger verhaal; er hangt een duidelijke alcohol walm om hem heen en hij heeft vage verhalen over dat hij meer geld nodig heeft om alvast toegang te regelen met landeigenaren voor de Pitta. Hij is echter ook de enige persoon waarvan we weten dat we een kans maken op de Pitta dus op hoop van zegen geven we hem het (hoge) geldbedrag waar hij om vraagt.

De dagen daarna blijkt het inderdaad schimmig te zijn; in plaats van ons zelf te gidsen op dag 1 draagt hij ons over aan een andere gids Timothy zonder hem ook het toebehorende geld te geven. Ook de “landowner fees” blijken veel minder te zijn waarbij hij elke keer weer met een nieuw verhaal komt om zich recht te praten. Het geld is duidelijk verdwenen en vooral de sympathieke 2e gids Timothy met zijn 3 kinderen trekken aan het kortste eind.

Het goede nieuws voor ons is dat we tussen alle gelddiscussies door wel de vogels zien (daar gaat het uiteindelijk om!) zodat we na 2 dagen gelukkig zo’n beetje klaar zijn in het bos en niet nog meer hoeven te regelen/betalen. Na de Manus Boobook (een endemisch uiltje) op de eerste middag komt het absolute hoogtepunt op de 2e ochtend als na een flink eind zoeken een Pitta reageert en terugroept. De tweede keer roept hij al dichterbij en niet veel later zit hij boven ons in de boom. Niet alleen heel erg zeldzaam en moeilijk maar ook nog heel mooi; met een diep zwart lichaam, rode buik en felle lichtblauwe vleugels die hij bij elke roep naar beneden pompt.

Onze tweede logistieke uitdaging is het bezoek aan Tong, een klein eilandje 35km uit de kust van Manus en de enige bekende plek van Manus Fantail (een vogelsoort die sinds 1934 op Manus uitgestorven is). Er komen blijkt alleen een uitdaging; brandstof is nog steeds schaars en met veel moeite lukt het Mark om de 20 gallon die we nodig hebben te regelen. Ook heeft Mark al veel tijd gestopt in het bouwen aan de relatie met de mensen op Tong (in het verleden hebben vogelaars moeilijkheden gehad). Op de ochtend van vertrek komt de boot van Tong niet opdagen maar kunnen we gelukkig de boot van Mark gebruiken. De overtocht is minder heftig dan onze vorige boot ervaring maar nog steeds behoorlijk nat. Wel heel veel vliegende vissen waarvan er zelfs eentje in de boot vliegt.

Eenmaal op het eiland worden we rondgeleid door de schoonzoon van de “island chief” terwijl Mark de koekjes en koffie uitdeelt die we als vriendschap token hebben meegenomen. Er wonen 150 mensen op Tong, volledig zelfvoorzienend met verse vis en het groeien van palmharten, casave en kokosnoten. De Manus Fantail (en een aantal andere goede eiland soorten) zijn snel gevonden waarna we met een verse kokosnoot als drankje afwachten hoe er door Mark en de lokale belangrijke mannen wordt bediscussieerd hoe onze geldbijdrage voor het land verdeeld moet worden.

Inmiddels is het tijd om weer terug te vliegen naar Port Moresby. Manus was een succes qua vogelsoorten en daarnaast ook erg interessant (en soms vermoeiend) om een kijkje te nemen in de complexe onderlinge sociale verbanden die het leven in PNG grotendeels bepalen. (Hierdoor stranden initiatieven veelal omdat niemand elkaar iets gunt, leren we uit de vele gesprekken die we deze week voeren.)

Bij het verlaten van Manus horen we dat er voor onbepaalde duur geen vliegtuigen gaan naar onze volgende bestemming Tari omdat lokale dorpelingen daar een vliegtuig in de fik hebben gestoken. De logistieke uitdagingen lijken dus voorlopig nog niet voorbij… Cheers op het hebben van geduld!